Hoe ga je best om met kinderleugens?
“Wie heeft de laatste koeken opgegeten?” “Ik niet! Het was de hond. Kleine zus heeft ze uitgehaald en aan de hond gegeven.”
Het is erg aannemelijk dus ik weet totaal niet hoe ik hierop moet reageren. Haar woord in twijfel trekken, getuigt van weinig vertrouwen. De eventuele leugen negeren, lijkt me ook niet ideaal. Kinderen verzinnen wel vaker wat maar daarom doen ze dat niet constant.
Ik lees momenteel ‘Nurture shock’ (Bronson, P.& Merryman, A). De ondertitel luidt ‘why everything we think about raising our children is wrong’. Het was voor mij dan ook verrassend het onderwerp liegen tegen te komen. Dat zag ik niet aankomen in het rijtje!
Sommige ouders zijn overtuigd dat hun kinderen eerlijk zijn. En als het om jongens gaat of als ze introvert zijn of nog heel jong is de kans groot dat ze het juist inschatten. Andere ouders erkennen wel dat hun kinderen liegen maar beschouwen het als een normale fase in de ontwikkeling waar ze wel uitgroeien.
Het klinkt best wel logisch, vind ik. Een kind moet eerst een ontwikkelingsfase bereiken waarin het een alternatieve realiteit kan verzinnen en geloofwaardig verwoorden. Dus hoe jonger het kind, hoe moeilijker dit is. Hebben ze een oudere broer of zus, dan leren ze het wel sneller dan de oudste! Maar waarom beginnen ze er dan mee?
Het is niet zo leuk als we op onze vingers getikt worden en ons afgekeurd voelen. We geven niet graag toe dat we iets gedaan hebben dat niet mag. Sommige situaties zijn zo voorspelbaar dat ouders verkiezen om er niet op te reageren. De gelegenheid om liegen van bij de wortel aan te pakken is dan gemist. Ik vermoed dat we, uit een soort medelijden, niet willen straffen. Daarbij verwarren we dan praten over het foute gedrag (bv ongevraagd zich van koekjes bedienen) met praten over eerlijkheid (is wat je me nu vertelt waar?).
Voor een kind is het heel duidelijk: je mag niet liegen. Kinderen keuren leugens en leugenaars meer af dan volwassenen. Voor hen is iemand die liegt een slechte persoon en de leugen is moreel onaanvaardbaar. Als we kleine ‘overtredingen’ censureren, dan geven we de boodschap dat liegen af en toe best wel kan. Daarnaast vinden wij als volwassenen dat bij gebrek aan informatie, je soms verkeerde dingen kan zeggen (elke zaterdag is er zwemles – tot blijkt dat dit tijdens de vakantie niet doorgaat). Wanneer we hen dat uitleggen kunnen ze dit niet als een aanvaardbaar excuus aanvaarden maar voelen ze zich belogen. Opnieuw krijgen ze het gevoel dat leugens af en toe mogen. En heb je aan je kind wel eens gezegd dat het enthousiast dankbaarheid moet uiten voor een geschenkje dat ze eigenlijk helemaal niet leuk vinden? Of dat je niet zomaar mag zeggen dat je iemand niet leuk vindt want anders kwets je hun gevoelens of kan je ruzie krijgen? Zo ontstaat de overtuiging dat eerlijkheid tot conflicten kan leiden of dat oneerlijkheid de gemakkelijke uitweg is om conflict te vermijden.
Wanneer ze dan zelf beginnen liegen is dit aanvankelijk om afkeuring en straf te vermijden van volwassenen maar naarmate hun empathie en hun sociale interacties toenemen, ontstaan ook geheimpjes in hun vriendschappen. Plagerijen, stoefen en hun ouders om de tuin leiden voegen zich toe aan hun lijstje van sociale vaardigheden. Ze ontdekken een gevoel van controle en macht. Soms gebruiken ze ook leugens om met hun frustraties om te gaan (ik kan super goed voetballen!) of aandacht te zoeken (mijn papa heeft een grote tractor). Een plotse toename in leugens kan wijzen op grotere problemen waarbij de leugens helpen om te ‘overleven’. Zorgwekkend is de informatie uit een longitudinale studie waarbij we leren dat als 7-jarigen het nog niet afgeleerd zijn om moeilijke sociale situaties het hoofd te bieden door te liegen, ze dit waarschijnlijk nog heel lang zullen blijven doen.
En dan is er nog een situatie die het vermelden waard is. Ken je het gevoel dat je overdragers niet wilt aanmoedigen? Je zou willen dat ze het onder elkaar uitwerken en je niet betrekken in hun conflict en jouw de hete kastanjes uit het vuur laat halen? Bekijk het nu ook eens vanuit het standpunt van een kind. Ze proberen al een hele tijd leeftijdsgenoten te bedaren, tot rede of samenwerking aan te moedigen en ten einde raad, roepen ze de hulp in van een volwassene. Die stuurt hen dan weg onder het motto ‘je moet zelfstandig leren zijn’. Dus volwassenen om hulp vragen haalt toch niets uit. Ze beseffen dat ze best informatie voor hun ouders achterhouden in plaats van hen ermee lastig te vallen.
Maar hoe pak je het dan wel aan, hé! Je zou kunnen zeggen: “Straf de overtreder zo snel mogelijk na de feiten en goed! Dan leert hij wel zijn lesje.”
Wel een kind straffen dat gelogen heeft over iets dat het niet mocht doen, verhoogt alleen maar de kans op meer oneerlijkheid. Ze leren het steeds vroeger, aan een jongere leeftijd en worden er zo goed in, dat ze nauwelijks nog betrapt worden. Want liegen is vooral een manier om zichzelf te beschermen. Ze staan meestal niet stil bij de gevolgen van de leugens voor anderen en de vertrouwensrelatie. Dat bewustzijn is er vaak niet wanneer ze beginnen liegen.
(Terzijde: Als je het mij vraagt, zouden we dat inzicht wel in heel de maatschappij mogen doortrekken, want ik heb wel vaker gehoord dat criminelen gewoon beter worden in het vermijden van de betrapping… Er is meer nodig dan een boete of een opsluiting om mensen bewust te maken van het effect van hun daden op anderen. )
Maar als ze uit eigenbelang handelen, moeten we hen misschien zeggen dat ze zich er zelf beter bij gaan voelen als ze eerlijk toegeven dat ze hun broer geslagen hebben? Kinderen lopen daar niet in want ze kunnen niet gelukkig zijn, wetende dat hun ouders eigenlijk niet gelukkig zijn. Kinderen hebben nood aan goedkeuring van hun ouders en die kunnen we hen geven!
Vanaf nu zal ik dus mijn kinderen aanspreken op vermoedelijke leugens. ‘Ik zal niet boos op je zijn als je wel de koekjes opgegeten hebt. Als je mij de waarheid vertelt, zal ik echt heel blij zijn.” Zo help ik hen de basis te leggen om als moedige, eerlijke mensen probleemsituaties het hoofd te bieden.
To Blog or not to Blog
Ze zeggen dat je al die opvoedingsadviezen niet moet lezen omdat ze toch om de haverklap achterhaald zijn. Over het algemeen sta ik redelijk sceptisch tegenover wetenschappelijke studies maar voor 1 soort heb ik een uitgesproken interesse :het type onderzoek dat mij inzicht geeft in natuurlijke patronen en processen.
Tijdens mijn zwangerschappen was ik telkens behoorlijk onder de indruk van hoe de natuur wonderbaarlijk goed in elkaar steekt. Dan bedoel ik niet alleen dat er eerst melktanden zijn voor een kleine schedel maar ook hoe een vrouwenlichaam hormonaal verandert om een nieuwe aardbewoner te maken, te baren en te voeden.
Millennia lang heeft de mens zich voortgeplant en allerhande ontberingen overleefd. Zonder opvoedingsadviezen, puur op instinct. Het is relatief recent dat we ons van de natuur distantiëren. Wanneer moeten we de baby oppakken? Hoelang mag de baby bij ons slapen? Hoe moeten we hem vasthouden? Hoeveel tijd moet er tussen voedingen?
Het was pas na de geboorte van mijn eerste kind dat mijn moederinstinct zich zou verzetten tegen heel wat gebruiken. Ik heb aan de lijve ondervonden hoe mijn lichaam afgestemd was op mijn borelingen en daar had mijn kennis weinig mee te maken. Geleidelijk aan kwamen steeds meer mensen, artikels, boeken op mijn pad die mij geruststelden dat mijn keuzes strookten met de natuur. Daar bovenop ontdekte ik nog meerdere dingen die ik vanuit mijn culturele conditionering, nooit in vraag stelde. Het is bijzonder leerrijk en inspirerend.
Het lijkt wel dat hoe minder we ons dagdagelijks zorgen moeten maken om te overleven, hoe meer we ons eigenlijk over opvoedingstheorieën buigen. Iets zegt mij dat de uitdagingen van morgen niet draaien om materiële overleving maar om socio-emotionele kracht. Als we de WHO moeten geloven, zullen de cijfers over psychisch leed de pannen uitslaan als we voordoen zoals we bezig zijn. Tijd dus om de volwassenen van morgen te voorzien van een gezonde portie zelfvertrouwen, frustratietolerantie, veerkracht, een sociaal en moreel kompas, zelfredzaamheid, verantwoordelijkheidszin en bovenal het vermogen om zich aan te passen.
Omdat ik verdrink in de hoeveelheid aan informatie, vind ik het nuttig voor mezelf om hierover te schrijven. Het helpt mij de informatie te vertalen naar en te verankeren in mijn dagelijkse realiteit. Ieder die geïnteresseerd is in mijn ontdekkingsreis en zich graag laat inspireren, is welgekomen om deze blog te volgen.